Het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (EUIPO) en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) publiceerden onlangs een studie over de gevolgen van inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten voor bedrijven in het midden- en kleinbedrijf (mkb). De studie, de eerste die speciaal gericht is op mkb-bedrijven, biedt nieuwe inzichten in de gevolgen van namaak en andere soorten inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten (IER) voor het mkb.
In het verslag getiteld “Risks of Illicit Trade in Counterfeits to Small and Medium-Sized Firms” wordt gewezen op het feit dat mkb-bedrijven die te maken krijgen met inbreuken op hun intellectuele-eigendomsrechten minder kans hebben om de komende 5 jaar te overleven (-34 %) . Dit geldt met name voor onafhankelijke mkb-bedrijven die geen deel uitmaken van een grote ondernemingsgroep, en voor mkb-bedrijven die te kampen hebben met inbreuken op hun octrooien.
In de gepubliceerde studie wordt ook gekeken naar de landen van herkomst van de namaakproducten waarmee inbreuk wordt gemaakt op de intellectuele-eigendomsrechten van kleinere bedrijven. China is nog steeds de veruit belangrijkste producent van namaak en is goed voor 85 % van de in beslag genomen goederen als het gaat om onlinehandel, en voor 51 % van de wereldwijd in beslag genomen offline verkochte goederen.
Producenten van namaak richten zich op alle soorten producten van mkb-bedrijven. De meest nagemaakte producten zijn elektrische apparaten en elektronica (30% van de in beslag genomen goederen), kleding (18%), parfums en cosmetica (10%) en speelgoed en spellen (10%). Veel van deze namaakgoederen zijn bovendien van slechte kwaliteit en vormen een bedreiging voor de gezondheid en de veiligheid van de consument.
Ongeveer de helft van de aan de EU-grenzen in beslag genomen namaakproducten die inbreuk maakten op intellectuele-eigendomsrechten van mkb-bedrijven was online gekocht.
Lees hier meer over de studie